3 dec 2021

Er komt een groen matje uit de koffer vandaag. Het groene matje staat symbool voor ‘de fijne klasgenoot’. Een paar trainingen terug hebben de kinderen in groepjes nagedacht over ‘wat is een fijne klasgenoot?’ Ze weten dit heel goed te benoemen. Maar weten is niet hetzelfde als doen. Vaak zien we bij trainingen en in gesprekken dat kinderen het precies weten en goed meedoen. Maar tien minuten later op het schoolplein dit totaal vergeten lijken te zijn. We horen ze schelden, zien ze iemand op de grond duwen, buitensluiten of uitschelden. Het toepassen blijft soms een lastige.

Dus bespreken we met de klas: Hoe kunnen we ervoor zorgen dat jullie ook op het plein, in de gang, of als de juf/meester even uit de klas is, laten zien dat je een fijne klasgenoot bent? Ze komen met ideeën. Tijd voor een beetje actie. Kinderen brengen situaties in waar ze tegenaan lopen. Die lastig zijn, conflicten veroorzaken. We nodigen ze uit op het rode en groene matje. Laat maar zien, ervaar het maar. Dit vinden ze leuk! Ze willen allemaal wel ‘op het matje’. Hiermee oefenen ze met ‘de fijne klasgenoot’ gekoppeld aan een concrete situatie. Zo leren kinderen vaardigheden die nodig zijn om je te redden in een bepaalde situatie.

Vandaag gaat het groene matje door de handen van groep 6. Ik geef het groene matje aan de meester en vraag ‘heb jij nog iemand betrapt?’ De kinderen kijken me vragend aan: ‘Wat nu weer?’ ‘Ja hoor,’ zegt de meester, ‘ik heb ze zeker betrapt.’ Hij speelt het spel mee. Dan geeft hij met een voorbeeld aan hoe hij een kind betrapte op een ‘fijne klasgenoot zijn.’ Iemand nog iemand anders betrapt? Daar gaat het groene matje naar de volgende. ‘Hij nam het buiten voor me op toen ik ruzie had.’ ‘Zij hielp me vandaag met mini-atelier met het tekenen van een ster.’ ‘Zij vroeg aan ons of we mee wilden doen.’

Verbondenheid en goede relaties gaan niet over grote verhalen. Maar vaak over kleine momenten. En die maken we zichtbaar met elkaar. Door ze er even uit te lichten. Het kan soms schuren, botsen en knallen in de klas. Maar we proberen altijd één ding onder ogen te blijven zien: de persoon is goed, het gedrag niet altijd.

Buiten de training om hebben we ook gesprekjes in kleine groepjes, want in de grote groep lukt het niet iedereen om wat te zeggen. En zo werken we met de groep aan (meer) begrip, verbinding en vertrouwen. En komen we elke week een stapje verder. ❤️